Skip to content

Commit

Permalink
chore: nu met alle files...
Browse files Browse the repository at this point in the history
  • Loading branch information
WJKlerk committed Nov 22, 2024
1 parent e0ee7e4 commit 0707470
Show file tree
Hide file tree
Showing 21 changed files with 55 additions and 57 deletions.
6 changes: 3 additions & 3 deletions vrtool_docs/Achtergronden/Faalkansmodellen/Waterstanden.rst
Original file line number Diff line number Diff line change
Expand Up @@ -6,9 +6,9 @@ De waterstanden worden middels Hydra-Ring bepaald in de preprocessor. Hieruit vo
* De frequentielijn van de waterstand in de huidige situatie (2023)
* De frequentielijn van de waterstand in de toekomst (2100)

Voor de toekomstige situatie kan gekozen worden voor zowel het W+ als G+ scenario.
Voor de toekomstige situatie kan gekozen worden voor één toekomstscenario (W+ of G+).

In de preprocessor zijn de waterstandsfrequentielijnen invoer voor de berekening van de faalkans van de dijkbekleding bij verschillende dimensies.
In de preprocessor zijn de waterstandsfrequentielijnen invoer voor de berekening van de faalkans van de dijkbekleding (en de relatie tussen bekledingsparameters na versterking en faalkans).
Binnen de VRTOOL worden de waterstandsfrequentielijnen gebruikt voor de faalkansberekening van piping: door bij de gewenste kans de waterstand te bepalen kan een semi-probabilistische pipingberekening worden gemaakt.

De waterstandsfrequentielijnen zijn in de database terug te vinden in de tabel `WaterlevelData`. Hierbij is enige postprocessing gedaan in de zin dat de frequentielijnen die uit Hydra-Ring komen door numerieke instabiliteit in sommige gevallen een kleinere kans op een lagere waterstand kunnen geven. Na het bepalen van de frequentielijnen wordt dit gecorrigeerd. Het oude bestand wordt daarbij opgeslagen met de extensie `.bak` zodat altijd vergeleken kan worden met de originele data.
De waterstandsfrequentielijnen zijn in de database terug te vinden in de tabel `WaterlevelData` (zie `hier <../../Gebruikershandleiding/Preprocessing/Genereren_database.html#structuur-van-de-database>`_). Hierbij is enige postprocessing gedaan in de zin dat de frequentielijnen die uit Hydra-Ring komen door numerieke instabiliteit in sommige gevallen een kleinere kans op een lagere waterstand kunnen geven. Na het bepalen van de frequentielijnen wordt dit gecorrigeerd. Het oude bestand wordt daarbij opgeslagen met de extensie `.bak` zodat altijd vergeleken kan worden met de originele data.
2 changes: 1 addition & 1 deletion vrtool_docs/Achtergronden/Faalkansmodellen/index.rst
Original file line number Diff line number Diff line change
@@ -1,7 +1,7 @@
Faalkansmodellen
=======================================

In de VRTOOL worden 4 mechanismen gebruikt om de faalkansen te berekenen. Dit zijn:
In de VRTOOL worden 4 mechanismen beschouwd. Dit zijn:

* `Overloop/overslag <Overslag.html>`_

Expand Down
2 changes: 1 addition & 1 deletion vrtool_docs/Achtergronden/Maatregelen/Custom maatregel.rst
Original file line number Diff line number Diff line change
Expand Up @@ -16,4 +16,4 @@ Het idee van custom maatregelen is dat het mogelijk wordt om in latere fasen van
:widths: 30, 5, 5, 5, 5, 5, 5
:header-rows: 1

Via het dashboard kunnen ook maatregelen worden verwijderd uit de database. Dit kan ook via de functies `safe_clear_custom_measure` en `brute_clear_custom_measure`. Bij de tweede optie heeft dit wel consequenties voor de resultaten omdat ook maatregelen worden verwijderd die voorkomen in oude optimalisatieberekeningen. Deze kunnen dan mogelijk niet goed meer worden weergegeven. Bij het werken met custom maatregelen is het altijd raadzaam om regelmatig de database te backuppen om dergelijke problemen te voorkomen.
Via het dashboard kunnen ook maatregelen worden verwijderd uit de database. Dit kan ook via de functies `safe_clear_custom_measure` en `brute_clear_custom_measure`. Bij de tweede optie heeft dit wel consequenties voor de resultaten omdat ook maatregelen worden verwijderd die voorkomen in oude optimalisatieberekeningen. Deze kunnen dan mogelijk niet goed meer worden weergegeven. Bij het werken met custom maatregelen is het altijd raadzaam om regelmatig de database te backuppen om dergelijke problemen te voorkomen. Voor meer informatie over het gebruik van custom maatregelen via het dashboard wordt verwezen naar de pagina `Berekeningen aansturen via het dashboard <../../Gebruikershandleiding/Postprocessing/BerekeningenMetDashboard.html>`_.
Original file line number Diff line number Diff line change
Expand Up @@ -13,6 +13,10 @@ Voor de grasbekleding wordt simpelweg de overgangsconstructie verhoogd. Daarbij
* Uitbreiden: hierbij wordt het steentype hetzelfde gehouden en wordt deze op basis van de faalkans van de huidige bekleding uitgebreid.
* Vervangen: hierbij wordt het steentype aangepast naar een zwaarder type. Daarvoor wordt aangenomen dat :math:`H_{s}/ \Delta D = 4.5`

.. note::
:math:`H_{s}/ \Delta D` is een veelgebruikte parameter voor het aangeven van de stabiliteit van een steenzetting. Hoe hoger deze waarde, hoe stabieler de steen en hoe minder dik de benodigde stenen.


Dit moet worden ingesteld in de configuratie van de preprocessor. Niet voor alle bekledingtypen zijn beide opties mogelijk: voor sommige bekledingstypen is het niet mogelijk om de steenbekleding uit te breiden omdat dit onlogisch is. Dit speelt bijvoorbeeld bij Noorse steen. In onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de bekledingstypen en de mogelijke opties. Wanneer een ongeldige combinatie wordt gekozen wordt een foutmelding gegeven. Wanneer wordt gekozen voor vervangen wordt als steentype Basalton weggeschreven in de database. De huidige steendikte wordt dan omgerekend naar een Basaltonzuil met een dikte die correspondeert met dezelfde faalkans. Dus wanneer een Noorse steenbekleding van 30 centimeter met :math:`H_{s}/ \Delta D = 1.5` wordt vervangen dan wordt in de database een steendikte van :math:`30 * (1.5/4.5) = 10` centimeter weggeschreven.

Bekledingtypen waarvan in de tabel is aangegeven dat de dikte niet aanpasbaar is in de VRTOOL worden genegeerd in de analyse.
Expand All @@ -24,11 +28,11 @@ Bekledingtypen waarvan in de tabel is aangegeven dat de dikte niet aanpasbaar is

Invloed op faalkansen
-------------------------
Voor de grasbekleding wordt de faalkans bepaald op basis van de hoogte van de overgang zoals toegelicht in de sectie `faalkansmodellen <../Faalkansmodellen/Dijkbekleding.html#afleiden-relatie-hoogte-overgang-en-faalkans-gebu>`_. Bij het verhogen van de overgang wordt de faalkans van de grasbekleding bepaald op basis van de relatie tussen overgangshoogte en faalkans zoals beschikbaar in de database (tabel `GrassRevetmentRelation`). Daarbij wordt aangenomen dat op het gedeelte waarover de grasbekleding wordt aangelegd een steenbekleding conform het bovenste bekledingdeel met een steenbekleding wordt aangelegd. Dus wanneer een overgang van 20 cm Basaltonzuilen 2 meter wordt verhoogd, betekent dit dat er op dat deel ook Basaltonzuilen van 20 centimeter worden geplaatst. In de VRTOOL wordt voor het verhogen van de overgang met verticale stappen van 1 meter (configureerbaar in de (tabel `StandardMeasure`) in de database) tot aan de kruin de faalkans voor een verhoogde overgang bepaald. Daarbij wordt de faalkans voor overgangen dicht bij de kruin (<25 cm eronder) verwaarloosbaar aangenomen. De faalkans van de grasbekleding zal dan meestal bepaald worden door overslag, en de mechanismen worden sterk gecorreleerd.
Voor de grasbekleding wordt de faalkans bepaald op basis van de hoogte van de overgang zoals toegelicht in de sectie `faalkansmodellen <../Faalkansmodellen/Dijkbekleding.html#afleiden-relatie-hoogte-overgang-en-faalkans-gebu>`_. Bij het verhogen van de overgang wordt de faalkans van de grasbekleding bepaald op basis van de relatie tussen overgangshoogte en faalkans zoals beschikbaar in de database (tabel `GrassRevetmentRelation`). Daarbij wordt aangenomen dat op het gedeelte waarover de grasbekleding wordt aangelegd een steenbekleding conform het bovenste bekledingdeel met een steenbekleding wordt aangelegd. Dus wanneer een overgang van 20 cm Basaltonzuilen 2 meter wordt verhoogd, betekent dit dat er op dat oorspronkelijk met gras beklede deel ook Basaltonzuilen van 20 centimeter worden geplaatst. In de VRTOOL wordt voor het verhogen van de overgang met verticale stappen van 1 meter (configureerbaar in de (tabel `StandardMeasure`) in de database) tot aan de kruin de faalkans voor een verhoogde overgang bepaald. Daarbij wordt de faalkans voor overgangen dicht bij de kruin (<25 cm eronder) verwaarloosbaar aangenomen. De faalkans van de grasbekleding zal dan meestal bepaald worden door overslag, en de mechanismen zijn dan sterk gecorreleerd: wanneer er zo hoog op het talud dermate zware golfaanval is zal het overslagdebiet onacceptabel groot zijn.

Voor de steenbekleding wordt gewerkt op basis van een afname van de faalkans: in 4 stappen tot een maximale faalkansafname (parameters `max_pf_factor_block` en `n_steps_block` in `StandardMeasure`) wordt gekeken welke bekledingdelen moeten worden verbeterd. Dit gebeurt op basis van de relatie tussen steendikte en faalkans voor de verschillende bekledingdelen (tabel `BlockRevetmentRelation`). Wanneer de benodigde steendikte minder dan 1 centimeter dikker is dan de huidige steendikte wordt aangenomen dat vervanging niet nodig is.

Afhankelijk van de oorspronkelijke hoogte van de overgang kan het aantal (combinaties van) maatregelen aan de bekleding fors oplopen. Daarom wordt na het bepalen van alle maatregelen een selectie gemaakt: daarin worden op basis van een Pareto front de maatregelen geselecteerd waarvoor alternatieven zijn waarbij zowel kosten als faalkans lager zijn. Deze zouden immers nooit gekozen worden in de optimalisatie.
Afhankelijk van de oorspronkelijke hoogte van de overgang kan het aantal (combinaties van) maatregelen aan de bekleding fors oplopen. Daarom wordt na het bepalen van alle maatregelen een selectie gemaakt: daarin worden op basis van een Pareto front de maatregelen geselecteerd waarvoor geen alternatieven zijn waarbij zowel de kosten als faalkans lager zijn. Deze zouden immers nooit gekozen worden in de optimalisatie.

Kostenberekening
----------------
Expand Down
10 changes: 6 additions & 4 deletions vrtool_docs/Achtergronden/Maatregelen/Versterking in grond.rst
Original file line number Diff line number Diff line change
Expand Up @@ -9,7 +9,7 @@ Bij een kruinverhoging wordt simpelweg de kruin verhoogd met de betreffende verh

Schematische weergave van een kruinverhoging.

Bij een bermverbreding Δb wordt de berm verbreed met Δb. Dat wordt gedaan door de x-coordinaten van de Einde Berm Landzijde (EBL) en BinnenTeen (BIT) te verschuiven met Δb. Aanname is dat alle taluds verder gelijk blijven. Wanneer er geen berm aanwezig is in het originele profiel wordt een bermhoogte van 2 meter aangenomen. Standaard wordt gerekend met kruinverhogingen in stappen van 25 cm tot 2 meter, en bermverbredingen van 5, 8, 10, 12, 15, 20 en 30 meter.
Bij een bermverbreding Δb wordt de berm verbreed met Δb. Dat wordt gedaan door de x-coordinaten van de Einde Berm Landzijde (EBL) en BinnenTeen (BIT) te verschuiven met Δb. Aanname is dat alle taluds verder gelijk blijven. Wanneer er in het oorspronkelijke profiel geen berm aanwezig is wordt bij versterking uitgegaan van een bermhoogte van 2 meter. Standaard wordt gerekend met kruinverhogingen in stappen van 25 cm tot 2 meter, en bermverbredingen van 5, 8, 10, 12, 15, 20 en 30 meter.

.. figure:: img/Berm_aanbrengen.png
:alt: Berm_aanbrengen.png
Expand All @@ -23,6 +23,7 @@ Wanneer ook buitenwaarts versterkt kan worden wordt eerst zover mogelijk naar bu

Schematische weergave van een buitenwaartse versterking met een berm.

Opgemerkt moet worden dat deze functionaliteit op dit moment niet standaard wordt ontsloten, maar de onderliggende logica nog wel aanwezig is in de VRTOOL.

Invloed op faalkansen
----------------------
Expand Down Expand Up @@ -57,6 +58,7 @@ Bij een versterking in grond wordt vanaf de binnenteen binnenwaarts versterkt me

.. math::
L_\mathrm{voor} = L_{voor} + \Delta L
L_\mathrm{achter} = \max(0, \Delta L - L_{achter})
Verder geldt voor piping dat naast de waterstandsstijging ook de daling van het achterland wordt meegenomen. Deze daling wordt gegeven met :math:`dh_{exit}`. De bodemhoogte bij het uittredepunt wordt verlaagd met :math:`dh_{exit}`. Dit resulteert in een hogere stijghoogte en daarmee een hogere kans op piping.
Expand All @@ -67,7 +69,7 @@ Bij een verhoging van de kruin wordt de betrouwbaarheid voor overslag bepaald aa

Kostenberekening
----------------
De kosten van maatregelen zijn bepaald door kostenkentallen te bepalen op basis van de eenheidsprijzen van het prijsniveau 2023. Dit zijn de eenheidsprijzen die gehanteerd worden in KOSWAT, op basis van input van gegevens van Rijkswaterstaat. Bij deze herziening zijn ook de opslagfactoren (bijv. voor engineering en risico's) naar boven bijgesteld. Een overzicht van de kostenkentallen voor grondversterking is weergegeven in onderstaande tabel. Deze getallen zijn gebaseerd op basis van een aantal referentiecases.
De kosten van maatregelen zijn bepaald door kostenkentallen te bepalen op basis van de eenheidsprijzen van het prijsniveau 2023. Dit zijn de eenheidsprijzen die gehanteerd worden in KOSWAT, op basis van input van gegevens van Rijkswaterstaat. Bij totstandkoming van deze eenheidsprijzen zijn ook de opslagfactoren (bijv. voor engineering en risico's) naar boven bijgesteld. Een overzicht van de kostenkentallen voor grondversterking is weergegeven in onderstaande tabel. Deze getallen zijn gebaseerd op basis van een aantal referentiecases in KOSWAT.

.. csv-table:: Kostenkentallen grondversterking
:file: tables/kosten_grond.csv
Expand Down Expand Up @@ -104,9 +106,9 @@ Daarbij geven de regels achtereenvolgens de kosten van het afvoeren van niet-her

Kosten bebouwing en weg
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Zowel bij binnen- als buitenwaarts versterken worden na het bepalen van de kosten voor het grondwerk de kosten voor de vernieuwing van de weg en het treffen van passende maatregelen voor bebouwing opgeteld. Voor de bebouwing wordt per pand in het BAG een vast bedrag in rekening gebracht. Daarbij wordt dus geen rekening gehouden met eventuele spreiding en de grote diversiteit aan panden (van schuurtjes tot appartementencomplexen). Lokaal kan dit tot afwijkingen leiden, met name wanneer wordt uitgegaan van amoveren als hoofdoplossing. In de praktijk wordt echter vaak bij panden maatwerk getroffen in de vorm van bijvoorbeeld damwanden. Met lokale relatief lichte damwandconstructies kan dan toch een pand (of meerdere) gespaard worden. Omdat we de VRTOOL doorgaans inzetten in een stadium waar nog geen sprake is van een uitwerking van de maatregelen op dit detailniveau is gekozen voor een kostenkental van €500.000 per pand. Dit bedrag licht ongeveer op het snijpunt van amoveren en een 10 meter lange damwand bij een pandoppervlakte van 75 m².
Zowel bij binnen- als buitenwaarts versterken worden na het bepalen van de kosten voor het grondwerk de kosten voor de vernieuwing van de weg en het treffen van passende maatregelen voor bebouwing opgeteld. Voor de bebouwing wordt per pand in het BAG een vast bedrag in rekening gebracht. Daarbij wordt dus geen rekening gehouden met eventuele spreiding en de grote diversiteit aan panden (van schuurtjes tot appartementencomplexen). Lokaal kan dit tot afwijkingen leiden, met name wanneer wordt uitgegaan van amoveren als hoofdoplossing. In de praktijk wordt echter vaak bij panden maatwerk getroffen in de vorm van bijvoorbeeld damwanden. Met lokale relatief lichte damwandconstructies kan dan toch een pand (of meerdere) gespaard worden. Omdat we de VRTOOL doorgaans inzetten in een stadium waar nog geen sprake is van een uitwerking van de maatregelen op dit detailniveau is gekozen voor een kostenkental van €500.000 per pand. Dit bedrag ligt ongeveer op het snijpunt van amoveren en een 10 meter lange damwand bij een pandoppervlakte van 75 m².

.. figure:: img/Bebouwing_damwand_amoveren.png
.. figure:: img/bebouwing_damwand_amoveren.png
:alt: Kosten amoveren/lokale maatregel
:align: center

Expand Down
Original file line number Diff line number Diff line change
Expand Up @@ -3,7 +3,7 @@ Verticale pipingoplossing
Het doel van de verticale pipingoplossing is het significant verlagen van de faalkans voor piping. In vroege versies van de VRTOOL werd dit gedaan door een Verticaal Zanddicht Geotextiel (VZG) aan te brengen. In de meer recente versies van de VRTOOL is dit veralgemeniseerd omdat VZG niet altijd goed maakbaar is, en in de praktijk ook veel andere oplossingen worden toegepast. Daarom is de verticale pipingoplossing nu een algemene maatregel die de faalkans voor piping verlaagt. De onderliggende maatregel is daarbij afhankelijk van de deklaagdikte:

* Bij deklagen tot 2 meter wordt uitgegaan van een grofzandbarriere.
* Bij deklagen tot 4 meter wordt uitgegaan van een Verticaal Zanddicht Geotextiel.
* Bij deklagen van 2 tot 4 meter wordt uitgegaan van een Verticaal Zanddicht Geotextiel.
* Bij dikkere deklagen wordt uitgegaan van een heavescherm tot 6 meter onder de deklaag.

.. figure:: img/Piping_VZG.png
Expand Down
Original file line number Diff line number Diff line change
Expand Up @@ -12,7 +12,7 @@ Binnen het assemblageprotocol geldt in principe dat voor de faalkans 2 gecombine
P_\mathrm{mech} = min(P_1, P_2)
Hierbij correspondeert :math:`P_1` met de kans bij onafhankelijkheid tussen vakken, dit is de theoretische bovengrens van de kans. :math:`P_2` correspondeert met de kans bij (sterke) afhankelijkheid tussen vakken. In de praktijk geldt daarbij dat :math:`P_1` met name van toepassing is bij geotechnische mechanismen, waar sterke onafhankelijkheid is door de grote ruimtelijke variabiliteit. En :math:`P_2` geldt bij belastinggedreven mechanismen zoals bekledingen en overloop/overslag. In de rekenmethode van de VRTOOL wordt daarom standaard :math:`P_1` gehanteerd voor piping en binnenwaartse stabiliteit, en :math:`P_2` voor bekledingen en overloop/overslag. Dit is in lijn met de meest recente voorschriften voor assemblage uit het BOI.
Hierbij correspondeert :math:`P_1` met de kans bij onafhankelijkheid tussen vakken, dit is de theoretische bovengrens van de kans. :math:`P_2` correspondeert met de kans bij (sterke) afhankelijkheid tussen vakken, waarbij :math:`N_\mathrm{mech}` een factor is om onafhankelijke delen (bijv. als gevolg van onafhankelijke windrichtingen) in rekening te brengen. In de praktijk geldt daarbij dat :math:`P_1` met name van toepassing is bij geotechnische mechanismen, waar sterke onafhankelijkheid is door de grote ruimtelijke variabiliteit. En :math:`P_2` geldt bij belastinggedreven mechanismen zoals bekledingen en overloop/overslag. In de rekenmethode van de VRTOOL wordt daarom standaard :math:`P_1` gehanteerd voor piping en binnenwaartse stabiliteit, en :math:`P_2` voor bekledingen en overloop/overslag. Dit is in lijn met de meest recente voorschriften voor assemblage uit het BOI.

:math:`P_1` **of** :math:`P_2` **, maakt het uit?**

Expand All @@ -29,7 +29,9 @@ Hierbij correspondeert :math:`P_1` met de kans bij onafhankelijkheid tussen vakk
- .. image:: img/UnequalComponents.png
:width: 100%
:alt: Unequal Components
*Situatie met 10 dijkvakken waarbij links alle vakken een betrouwbaarheidsindex van 3.5 hebben, en rechts er 1 van de dijkvakken een betrouwbaarheidsindex van 2.5 heeft, met verschillende correlatie (horizontale as). Stippen geven de grenzen* :math:`P_1` *en* :math:`P_2` *aan.*

*Situatie met 10 dijkvakken waarbij links alle vakken een betrouwbaarheidsindex van 3.5 hebben, en rechts 1 van de dijkvakken een betrouwbaarheidsindex van 2.5 heeft, met verschillende correlatie* :math:`\rho` *(horizontale as). Stippen geven de grenzen* :math:`P_1` *en* :math:`P_2` *aan.*


In de uitwerking daarvan zijn 2 belangrijke aandachtspunten:

Expand Down
Original file line number Diff line number Diff line change
@@ -1,7 +1,7 @@
Referentievariant op basis van OI2014
==============================================

De referentievariant heeft als doel de resultaten te vergelijken met een gangbare werkwijze. Daarvoor gaan we uit van de standaardfaalkansbegroting en lengte-effectfactoren uit het OI2014.
De referentievariant heeft als doel de resultaten te vergelijken met een gangbare werkwijze. Daarvoor gaan we uit van de defaultfaalkansbegroting en lengte-effectfactoren uit het OI2014.
Daarvoor hanteren we de volgende factoren voor de faalkansruimte, en de lengte-effectfactoren N, a en b:

.. csv-table:: Gebruikte faalkansbegroting voor referentievariant
Expand Down
Loading

0 comments on commit 0707470

Please sign in to comment.